noworries.reismee.nl

OCTOPUSSY

Zondag 25 maart Udaipur Hotel Minerwa (500Rps)

“My name is Bond, James Bond!” Vandaag komen we aan in Udaipur. De stad waar de James Bond film Octopussy is opgenomen. Het is weer heel anders dan Jodhpur en is ook wat toeristischer. Het is gelegen om een meer heen. Met uiteraard weer een groot paleis en 2 mooie gebouwen in het meer zelf.

Onze aankomst levert een fikse ruzie op met de bestuurder van de rickshaw. Heel toevallig wist hij niet dat de weg naar ons hotel was afgesloten, omdat er een of ander festival gaande is ter verering van een god. Ik geef aan dat ik hem niet ga betalen, omdat we afgesproken hebben dat hij ons zou afzetten bij het hotel en hij echt wel weet van deze afzetting. An en ik blijven rustig en hij wordt kwader en kwader. Er komt zelfs een politieagent aan te pas om te bemiddelen. Uiteindelijk geef ik hem minder dan de helft en rijdt hij al vloekend en tierend weg in z'n rickshaw. Zo worden we steeds een beetje assertiever en dat voelt wel goed.

Eenmaal bij het hotel worden we s'avonds vanaf het dak getrakteerd op vuurwerk. En dat is een gaaf gezicht zo boven het meer.


Maandag 26 maart Udaipur Hotel Minerwa (500Rps)

Het valt op dat het warmer en warmer wordt in India. Vanmiddag geeft m'n horloge al 35 graden aan. We merken het ook aan onze daginvulling. s'Ochtends redelijk actief, s'middags relaxen en s'avonds weer wat actiever.

Omdat Udaipur wat toeristischer is worden we ook weer wat vaker aangesproken om in een winkelte kijken, een taxi te nemen of marihuana te kopen. Op zich werkt negeren of een korte “no, thank you” goed. Vanochtend hebben we in sneltreinvaart het paleis gezien. In dit paleis zijn scenes opgenomen van Octopussy. En bij het paleis hebben we toen een boottochtje genomen over het meer. Lekker zitten en een beetje rondkijken. Het bootje stopt ook nog bij een luxe hotel midden in het meer en ook daar hebben we niet meer gedaan dan een beetje rondgehangen. Het is gewoon echt te warm en eigenlijk vinden we het ook wel best zo...

Dinsdag 27 maart Bundi Haveli Umamegh Guesthouse (600Rps)

Aan het einde van de middag zullen we voor het eerst in India per trein vertrekken van Udaipur naar Bundi. De trein gaat pas aan het begin van de avond en dat betekent dat we nog een dagje hier kunnen besteden. We nemen een rickshaw naar de gondel net buiten het centrum. Hij gaat een klein heuveltje op vanwaar we een mooi uitzicht zullen hebben over het meer. De gondel is een echte Doppelmayer. En ware het niet dat het zo warm was, anders zouden we toch echt het gevoel hebben op wintersport te zijn. Het uitzicht is inderdaad mooi en er staat aardig wat wind, zodat we ook nog enigszins afkoelen.

Overal in de stad wordt de film Octopussy gedraaid in de hotels. Wanneer we terug zijn in ons hotel vraagt An of we Octopussy mogen zien. An en ik zijn echte Bond fans en het is een mooie manier om de tijd te doden tot de trein gaan. Maar de film wordt niet opgezet. Er mag alleen s'avonds film mogen gedraaid en een uitzondering blijkt helaas niet mogelijk. Nou goed, dan niet niet. De rest van de middag lezen we wat en stappen we rond 17:00 eindelijk in de trein. De trein is eigenlijk best relaxed. We hebben de goedkopere klasse, maar ook dat is nog prima te doen.

Bundi is voor ons eigenlijk een makkelijke tussenstop op weg naar het Ramthambore National Park. Maar we hebben al van verschillende mensen gehoord dat het een rustig en leuk stadje en dat maakt het extra prettig om daar te stoppen. We arriveren laat bij het guesthouse. Het is een guesthouse dat ook beschreven staat in de Lonely Planet. We moeten even kloppen voordat de eigenaar z'n bed uit komt zetten. Gelukkig doet hij wel open en wijst ons onze kamer. Het is een oud guesthouse met wat rammelende kamers, maar toch ook wel sfeervol.


***







JODHPUR, ECHT INDIA

Vrijdag 23 maart Jodhpur Pushp Paying Guesthouse (600Rps)

India was het land van de maharadja's. Rijke heersers van een bepaalde regio. Dit zorgt ervoor dat iedere stad wel een fort, paleis of kasteel heeft. Zo ook Jodhpur. De stad met grotendeels blauw gekleurde huizen, die kris door elkaar, tegen een heuvel zijn aangebouwd. En op die heuvel staat dan weer een gigantisch fort. In tegenstelling tot die in Jaisalmer dient deze tegenwoordig als museum en kun je er niet verblijven. Ons verblijf ligt in het oude gedeelte, dicht tegen de heuvel aan. Het guesthouse is 3 verdiepingen hoog, met een mooi dakterras. Vanaf het terras hebben we uitzicht op de stad en het fort.

Jodhpur is echt een Indiase stad. Kleine straatjes, waar van alles leeft en beweegt. Het is eigenlijk een wonder dat onze rickshaw gisteren de weg gevonden heeft en zonder schade is aangekomen bij het guesthouse. Voordeel was dat dit een pick-up was, geregeld door het hotel. En dat maakt het toch een stuk gemakkelijker. We hebben een leuke sfeervolle en schone kamer. Het gehele guesthouse is sfeervol aangekleed en heeft her en der relaxte zitjes.

Aan het einde van de ochtend bezoeken we het fort. En dat doen we zoals het echte toeristen betaamd, namelijk met een audiogids. We hebben allebei een walkman op onze kop en kunnen bij verschillende punten in het museum luisteren naar informatie over wat we zien. Het is eigenlijk best leuk om zo wat mee achtergrond te krijgen over het geheel.

Vooral de uitzichten en grootse van het fort is genieten. An en ik zijn niet echt grote liefhebbers van gebouwen, maar dit is toch wel mooi. Het enige jammere is dat alle doorgangen in het fort nogal laag zijn en van vrij hard beton. Met m'n 2 meter ben ik behoorlijk gewend om te bukken, maar soms wordt je even afgeleid of let je niet op. Halverwege de tour door het fort kop ik bijna een betonnen draagbalk doormidden. Het duizelt en ik moet even gaan zitten. Dan komt er een vrolijke Indiër op me afgelopen die vraagt of het wel goed met me gaat. Hij heeft niet gezien dat ik net keihard m'n kop gestoten heb, maar blijkbaar is er voor hem duidelijk iets aan de hand. Hij biedt ons een yoga sessie aan in de tuin van het fort. Nee, daar zit ik echt op te wachten. Tjonge jonge... Ik besluit om maar even weg te lopen, want hij blijft maar praten. Ik heb pijn in m'n kop en heb even geen zin in deze man.


We dalen de steile heuvel weer af richting de stad. Zigzaggend door de smalle straatjes lopen we voorbij winkeltjes, de inmiddels gebruikelijke koeien en stieren, plassende mannen bij de goot en zijn we voortdurend alert om niet omver gereden te worden door een scooter of rickshaw. Jodhpur is India ten voeten uit. Inmiddels zijn we er wel aardig aan gewend en dat geeft lucht om er ook echt van te genieten. Omdat ik sinds vertrek nog niet naar de kapper ben geweest, besluit ik spontaan een kapper binnen te lopen en mezelf een nieuwe coupe aan te meten. Het kost me 80 eurocent, dus enigszins bevreesd voor het resultaat neem ik plaats in de stoel. Hij gaat rap z'n gang en het oogt zeer kundig allemaal en ik ben dan ook niet ontevreden over het eindresultaat. Ik ben zelfs zo tevreden dat ik geen 80 eurocent betaal, maar wel 1 hele euro. Wie het breed heeft laat het breed hangen. Inmiddels is An plotseling hartstikke misselijk geworden en spoeden we ons naar huis. Dit is niet de eerste keer deze reis en het lijkt met 1 a 2 weken te komen en te gaan. En gaat het daarnaast ook gepaard met de nodige buikkrampen. An kruipt haar bed in en ik hang nog wat rond op het dakterras de verdere avond.


Zaterdag 24 maart Jodhpur Pushp Paying Guesthouse (600Rps)

Hoewel het iets beter gaat met An, voelt ze zich nog steeds ellendig. Echt balen. An houdt zich vandaag gedeisd en ik maak nog een rondje door de stad. In een boekwinkel zoek ik naar een tweedehands Lonely Planet van Nepal. Onze volgende bestemming over een dag of 12. Helaas slaag ik niet. Maar wandelen door een stad als Jodhpur is geen straf. Je kijkt je ogen uit.



***



MAGISCH FORT EN KAMELENSAFARI

Dinsdag 20 maart Jaisalmer Sidhartha Guesthouse (600Rps)

Wanneer we onze ogen openen, de luiken van de ramen openen, kijken we over de kantelen de heuvel af over Jaisalmer. Het uitzicht vanuit onze kamer is super. Toen we gisteren het fort inliepen tussen grote hoge muren, over enorme kasseien hadden we ons er nog geen voorstelling van kunnen maken. Het fort is gelegen op een heuvel en dat betekent dat we moesten klimmen om het bewoonde gedeelte van het fort te bereiken. Gelukkig hadden we het hotel van tevoren gereserveerd en werden we enigszins verwacht en alleraardigst ontvangen. We zijn snel gaan slapen en aanschouwen nu het mooie uitzicht en beseffen dat we de nacht in een echt fort hebben doorgebracht.

Na een ontbijtje op een van de vele dakterrassen, wandelen we door het fort. Ieder huis is tegelijkertijd een hotel, restaurant, winkel of alles tegelijk. Het is een aaneenschakeling van kleine straatjes en tempeltjes. Je waant je echt in de middeleeuwen.

Als gevolg van een aardbeving enkele jaren geleden is er veel schade. De bewoners moeten dit zelf opknappen. Op kleine schaal vindt er renovatie plaats. De regering maakt liever een museum van het fort, maar dat betekent dat de mensen die er wonen weg moeten. Mensen hier wonen er al generaties lang en verdienen er hun brood. Zij willen dus niet weg en de regering weigert geld te subsidiëren. Onbegrijpelijk.

De hele dag struinen we in en om het fort. Hier en daar worden we aangesproken door verkopers en touroperators. Ik moet zeggen dat verkopen hier met de nodige humor gepaard gaat. Op een gegeven moment word ik aangesproken met “Hello sir, let me help you spent your money!”. Of wat dacht je van deze:

Ergens anders in het fort krijgen we een rondleiding door iemand z'n museum. Hij laat ons verschillende ruimtes zien en vertelt enthousiast over hoe deze ruimtes gebruikt werden. Eigenlijk is alles zo gebouwd om het indringers, rovers en bandieten zo lastig mogelijk te maken. Kleine deuren, smalle trappetjes, meerdere ontsnappingsroutes en plekken waar bewakers eventuele indringers in een hinderlaag konden lokken. Uiteindelijk komen we natuurlijk wel uit in z'n winkeltje (slim gedaan hoor en eigenlijk wel verwacht). We kopen er een magische bal. Gemaakt van kamelenbot en versierd met allerlei oosterse tierelantijntjes. Zo hebben we toch een heus souvenirtje op de kop getikt en is m'n backpack weer een beetje zwaarder:(

Op het dakterras van ons hotel praten we na het avondeten uitgebreid met de hoteleigenaar. Doel van het gesprek is de kamelensafari die je hier vanuit Jaisalmer goed kan doen en waarbij je overnacht in de woestijn in de open lucht. Dat willen we meemaken en na een lichte onderhandeling komen we eruit en klimmen we morgen op een kameel.

Wil je het fort zien: http://www.youtube.com/watch?v=tb7Wm7N5YcE


Woensdag 21 maart Jaisalmer Overnachting in de woestijn (1350p.p)

Met een jeep scheuren we Jaisalmer uit richting de woestijn. We zijn met nog twee meiden uit Munchen. Helaas niet de gezelligste, maar goed ze komen dan ook uit DEUTSCHLAND!!!

Na wat onnozele stopjes komen we uit bij waar de kamelen ons komen ophalen. Het duurt niet lang of we zien ze in de verte uit de woestijn opdoemen. Het is een gaaf gezicht die grote beesten met hun ritmische pas en toch wat melige kop.

De kamelen worden door hun berijders vriendelijk verzocht om te gaan zitten, zodat wij erop kunnen klimmen. Nou gaat dat nog vrij gemakkelijk, maar het opstaan van de kameel vraagt van mij toch opperste concentratie. Want wanneer een kameel opstaat komt eerst de achterkant een behoorlijk stuk omhoog, waardoor ik op moet passen dat m'n lange ellendige lijf niet direct over de kop van de kameel heen kukelt. En dan komt de voorkant omhoog en moet ik oppassen dat ik niet achterover van z'n kont afrol. Maar dan staat hij eindelijk en zit ik redelijk stevig. Een voor een komen ook de andere kamelen overeind en lopen we de woestijn in. An lijkt vrij gemakkelijk te zitten, terwijl ik de nodige moeite heb om in cadans te komen met het gehobbel van de kameel. Ik denk dat we na zo'n anderhalf uur aankomen bij de duinen waar we zullen eten en slapen. Als je 90 minuten op een kameel hebt gezeten en je hebt 2 meter in balans te houden, dan vraagt het afstappen weer wat meer dan het opstappen. Ik heb namelijk geen gevoel meer in m'n benen en kan niet inschatten wat er gebeurt als m'n voeten het zand raken en ik de rest van mijn bijna 100 kilo zelf moet dragen. Het valt gelukkig mee, alhoewel ik een minuut of 5 als Charlie Chaplin heb rond gelopen. Voor de jonge generatie: even googelen op Charlie Chaplin of denk aan een pinguïn.

Onze twee gidsen leggen een aantal kleden tegen de duinen aan waarop we kunnen zitten en daarna gaan ze aan de slag met het eten. Dan komt er uit de verte iemand aanlopen met een zak over z'n schouders. Het is nondedju een bierverkoper. Het blijkt toch een schijnheilig volkje die hindoes, want ver in de woestijn waar niemand het ziet verkopen ze bier. Geeft niks denk ik dan, doe er maar twee. Heerlijk genieten we van ons eerste biertje sinds tijden en zien we langzaam de zon achter de duinen zakken.

Vlak voor het slapen gaan krijgen we van een van de gidsen allemaal nog even een nek en rug massage. Iets wat toch niet helemaal prettig voelt. Twee ruwe en harige Arabische handen in m'n nek. Het valt op dat de aandacht van de gids uiteindelijk volledig uitgaat naar de blonde DEUTSCHE meisjes. Ook dit mag absoluut niet volgens het Hindoeïsme, maar het is donker en we zijn midden in de woestijn,.........dus.

Ingerold in een dikke deken maken we ons op om te gaan slapen. De lucht is helder en we zien duizenden sterren. Op de achtergond horen we de kamelen herkauwen op het gras dat ze hebben gekregen...


Donderdag 22 maart Jodhpur Pushp Paying Guesthouse (600Rps)

We ontwaken uit een diepe slaap als de gids ons wakker maakt met koekjes, chai en toast met jam.We hebben heerlijk geslapen en het was totaal niet koud.

Al gauw hobbelen we dan alweer richting Jaisalmer. En net als ik denk wat souplesse te hebben gevonden, gaan de kamelen in draf achter elkaar aan. Tjongejonge, moet dat nou. Ik stuiter alle kanten op en als we godzijdank aankomen bij de jeep heb ik een hoog piepstemmetje.

Bij het hotel frissen we ons op en vertrekken aan het einde van de middag richting Jodhpur.


***


RAT IN DE KEUKEN

Zondag 18 maart Bikaner Vino Paying Guesthouse (400Rps)

De rit naar Bikaner is zo'n 4 uurtjes. Rajesh heeft ons afgezet bij het busstation van Nawalgarh. De bus is nog leeg als we instappen. Dat is mooi, want het is altijd even een klus om onze tassen goed op te bergen. Bij het winkeltje op het station halen we wat koekjes, chips, cola en water en dan zijn we klaar om te gaan. Het verloopt allemaal wonderwel soepel en op de geplande tijd, halverwege de middag komen we aan in Bikaner. Met behulp van de LP hebben we al een guesthouse uitgepikt en al snel betrekken we daar een kamer. Heel veel doen we niet meer vandaag. Bikaner is voor ons een mooie tussenstop op weg naar de volgende bestemming Jaisalmer. Het betekent niet al te lang in de bus en in Bikaner willen we morgen de tempel bezoeken die bekend staat om de duizenden ratten die er rond krioelen. Waarom we daar heen willen? Tja...


Maandag 20 maart Jaisalmer Sidharta Guesthouse (600Rps)

We komen einde van de ochtend aan bij de tempel. Het is een roze vierkant gebouw met een mooie grote witte entree aan de voorkant. De ratten in de tempel zijn heilig. Met name de zeldzame witte rat, die wordt gezien als reïncarnatie van een hindoe god. Zoals gebruikelijk met tempels, moet je deze betreden zonder schoeisel. Normaal gesproken niet zo'n probleem, maar met ratten in de buurt... Gelukkig heb ik sokken aan, maar An stapt dapper blootvoets naar binnen. Al gauw zien we de eerste ratten en komt ons de bijpassende lucht tegemoet. Hoewel het geluk brengt wanneer een rat over je voeten loopt, kijken we toch angstvallig om ons heen. Op de binnenplaats van de tempel weten we niet wat we zien, overal ratten, die op sommige plekken over elkaar heen en opgestapeld van de geofferde melk en het voer smullen.

We lopen een rondje tempel en voelen ons langzamerhand wat meer op ons gemak. We hebben zelf het geluk de witte rat te zien. En ook dat brengt weer geluk.

http://www.youtube.com/watch?v=dR-b0eY3bLo

Tegen het einde van de middag stappen we de bus in op weg naar Jaisalmer. Jaisalmer ligt helemaal in het oosten van Rajasthan (noord-oost India), niet ver van de grens met Pakistan. De stad staat bekend om haar enorme fort, waarin nog steeds mensen wonen en je ook kunt slapen.

Als het al donker is moeten we nog 1 keer overstappen. Het is een slaapbus en hij is stampvol. We zijn genoodzaakt om te blijven staan de komende 2 uur. Vooral An voelt zich verre van prettig. Het is benauwd en er zijn nogal wat starende mannen.

We worden aangesproken door een jongen uit het zuiden van India, Kerala om precies te zijn. We vertrouwen het eerst niet helemaal en houden onze reactie kort. Meestal als je vriendelijk wordt aangesproken dan zit er vaak wel weer een addertje onder het gras en aangezien het nu al laat is en we ons niet helemaal prettig voelen, zijn we gereserveerd. Uiteindelijk weet hij toch het ijs te breken en kunnen we zelfs, wanneer mensen de bus verlaten, naast hem komen zitten voor het laatste stuk. Hij is al dagen aan het reizen om z'n broer in Jaisalmer te bezoeken. Het is een leuk gesprek en dat maakt een en ander toch wat aangenamer. Het is tegen half 12 s'nachts als we eindelijk uitstappen in Jaisalmer. Direct worden we, zoals gebruikelijk, door een stuk of 10 man aangesproken met het bekende “where you go?” We zijn moe en blaffen ze af, opzouten!!! Uiteindelijk stappen we in bij een ventje van 12 die ons voor een zacht prijsje bij de ingang van het fort wil brengen. Onderweg zijn we allebei onzeker of hij ons daar wel gaat afzetten en ons niet aflevert bij Ali Baba en de 40 rovers. Gelukkig is dat niet het geval en daar staan we dan plotseling in het pikkedonker, voor een immens grote poort van een immens groot fort...


***


INDIA, LOVE IT AND HATE IT

Donderdag 15 maart Nawalgarh – India Ramesh Jangid Tourist Pension (650rps)

Zo, rugzakkie weer op en klaar voor het volgende avontuur. Het is de bedoeling om met de metro naar het busstation te gaan. Van hieruit gaan we dan naar Nawalgarh (Shekawati). Tot aan de laatste metrohalte gaat alles redelijk voorspoedig. We moesten een paar keer overstappen en het laatste stuk werden we echt de metro ingepropt. Als haringen in een ton, stond we met al ons tassen om klem tussen de rest van Delhi.

Het benodigde busstation is verder dan ons gisteren is verteld bij het toeristenbureau. We besluiten dan ook al snel om een rickshaw te nemen. In de rickshaw kom ik tot de schrikbarende conclusie dat ons fototoestel niet meer in het hoesje aan m'n riem zit. Het hoesje staat wagenwijd open en ik weet zeker dat hij vanochtend nog dicht zat. Dat kan maar 1 ding betekenen. Ik ben gerold in de metro. Ik vervloek dit godvergeten land en bijt op m'n kiezen om niet de eerste de beste fakir van z'n kleedje te kloppen.

“Het is maar materiaal”, sust An. En de meeste foto's staan al op de laptop. Bij het busstation probeer ik aangifte te doen. Het politiebureau aldaar is echter niet bedoeld voor aangiftes, daarvoor moeten we terug naar Delhi. Dat doen we maar even niet en hopen dat we toch iets met de verzekering kunnen regelen.

Eindelijk zitten we dan in de bus en hij rijdt. En stopt, en rijdt en stopt en rijdt, maar we komen vooruit. Deze bus wordt niet gebruikt door toeristen en alleen maar door de plaatselijke bevolking. Dat maakt het extra leuk, we kijken onze ogen uit. En omgedraaid doen de Indiërs dat ook. Ze hebben het begrip staren uitgevonden, daar waar wij toch enigszins onopvallend alles tot ons proberen te nemen. Na 1 overstap, waarbij we vriendelijk geholpen werden door mensen in de bus, komen we aan in Nawalgarh. En als de schemering net is ingeruild voor de duisternis, kloppen we aan bij Ramesh Jangid Tourist Pension. Het pension bevindt zich in een smal straatje met witte stenen huizen. De straat zelf is een mix van zand en stenen en her en der liggen koeien, geiten en honden. We kloppen aan op de dikke, maar kleine deur. Rajesh, de zoon van Ramesh, doet open en vertelt ons tot groot genoegen dat hij nog een kamer beschikbaar heeft. De kamer is brandschoon, voorzien van douche en toilet en het hele pension en de mensen ademt een vriendelijke en rustige sfeer die we nog niet hebben ervaren in India...

Vrijdag 16 maart Nawalgarh – India Ramesh Tourist Pension (650rps)

Vandaag doen we alles heel rustig aan. Als we iets geleerd hebben tot nu toe is dat je bij aankomst in een nieuw land echt de tijd moet nemen om te acclimatiseren. Dat geldt zeker voor India. Hier is niets wat het lijkt. Het ruikt anders, de mensen zijn anders, alles is anders dan je verwacht en als je denkt te weten wat je te wachten staat, loppt het toch net weer even anders. Gelukkig hebben we de juiste plek gevonden om even op adem te komen. Rajesh en z'n vrouw zijn aardig en gastvrij. Gisteren heeft hij ons zelfs geholpen aan een nieuw fototoestel.

Aan het einde van de ochtend wagen we ons aan een kleine wandeling door Nawalgarh. Het is een klein stoffig stadje met winkeltjes en kraampjes in de hoofdstraat en mensen die zich op een kar achter een kameel laten vervoeren. Meer en meer doet India denken aan de sprookjes van 1000 en 1 nacht.

Bij verschillende kraampjes scharrelen we onze lunch voor die dag bij elkaar. Beetje fruit, Pakora's en zoete gefrituurde deegringen. Erg lekker allemaal. Op een soort rotonde nemen we plaats op een betonnen rand onder een grote boom. Een zogeheten 'Banjan tree'. Deze boom is heilig en kan heel oud worden. Z'n wortels groeien vanuit de hoogte naar beneden en dat gaat jaren en jaren door. Waardoor de stam van de boom groter en groter wordt

Het leven in Nawalgarh trekt aan ons voorbij. Soms worden we aangestaard, maar het valt op zich mee. Alles rijdt en loopt door elkaar heen.

's Avonds wordt ons een heerlijke 'thali' voorgeschoteld door de vrouw des huizes en een Zweeds echtpaar dat kookles heeft gehad. Een thali is een schotel met verschillende kleine gerechten, zoals rijst, roti, groentes, sausjes, enzovoorts. Het gezin is Hindoeïstisch en dat betekent in dit geval geen vlees en alcohol. Iets dat we verder in India ook zullen ervaren. Voor An geen groot probleem, omdat ze inmiddels grotendeels is afgestapt van vlees. Voor mij ligt dat toch nog even anders en in m'n dromen denk ik aan spareribs bij de Beer. Na de maaltijd krijgen we tips en advies van Rajesh over onze verdere reis door Rajasthan. En benadrukt hij dat we er goed aan hebben gedaan om niet een auto met chauffeur te nemen. Je hebt dan vaak maar zeer beperkt de mogelijkheid om je eigen hotel en dergelijke uit te kiezen.


Zaterdag 17 maart Nawalgarh – India Ramesh Tourist Pension (650rps)

Zo, en dat is 35. Vandaag ben ik jarig en Antoinet heeft met Rajesh het e.e.a. bekokstoofd voor vandaag. Het begint al met een heerlijke taart, die we delen met de andere gasten en het gezin van Rajesh.

Van Rajesh krijg ik ook nog een tekening van een muurschildering, ook wel ['haveli' genaamd. Deze komen in deze regio veel voor en sommigen zijn al behoorlijk oud. Je vindt ze op diverse oude huizen in Nawalgarh en de omringende stadjes en dorpjes.


Na het ontbijt worden we de auto van Rajesh ingeladen. De auto is een Ambassador en een gave bak.

Onze eerste stop is een van de oudste havelis uit de omgeving en toont verhalen uit het Hindoeïsme. Een is die van het gevecht tussen Rahma, de man van Sita, en Hanuman. Het verhaal spreekt me aan omdat ik iemand ken in Nederland die Sita heet en ook hindoe is. Ik heb haar een foto van de muurschildering gemaild.

Rajesh heeft inmiddels z'n zonnehoed opgezet, want het zonnetje schijnt behoorlijk en het is zeker zo'n 30 graden. Een goed moment voor een wandeling. We lopen een half uur buiten Nawalgahr de heuvels in. Het is een stuk van een pelgrim route. Onderweg komen we een waterpomp tegen en struiken die vol hangen met BH's in alle kleuren van de regenboog. Tijdens de pelgrimstocht schijnt het zo te zijn dat vrouwen op deze manier dit betreffende kledingstuk uitwisselen, aldus Rajesh.

Tijdens onze eerste stop kijken we uit over de vallei en worden we, waarschijnlijk al een tijdje, begluurd vanachter ons. Als we ons omdraaien worden we op een meter of 20 aangestaard door een groep 'langurs'. Een apensoort die veel voorkomt in dit gebied. Dichterbij komen ze niet en al gauw rennen ze verder de heuvels op en af.

Hoe verder we lopen hoe mooier de uitzichten. Het is woestijnachtig, maar toch ook wel groen. Af en toe ontmoeten we een kudde geiten die ons passeren of van een hoger gelegen punt nogal droogjes aankijken.

Langzaamaan dalen we aan de andere kant van de heuvel af. We komen in een oase (letterlijk). Waar we worden verwelkomd door een gezin voor de lunch. We zitten in een vierkant betonnen gebouwtje met twee bedden, een rieten mat op de grond en een gaskookstelletje. Rajesh heeft als cadeau een rijstkoker voor het gezin meegebracht. Voor ons op de rieten mat wordt het eten uitgestald en na de wandeling gaat dat erin als koek.

Tot slot bezoeken we nog een heilige bron en badplaats, waar mensen heen komen om hun zonden weg te wassen en zich te ontdoen van al het kwaad. Bijvoorbeeld mensen van wie een familielid is overleden komen hier. Om te voorkomen dat hun hetzelfde lot als het familielid is toegedaan, proberen ze hier weer rein opnieuw te beginnen. Er zijn ook priesters aanwezig die mensen voorzien van een rood touw om hun pols. Ook dit draagt bij aan het extra beetje voorspoed, waar mensen naar op zoek zijn als ze hier komen. Deze plek ademt een mystieke sfeer en is voor ons allebei zeer bijzonder.

Onder het genot van een kopje 'chai' (indiase thee met melk en gember) laten we de dag bezinken voordat we weer terug rijden naar het pension.

Omdat alles een beetje is uitgelopen vandaag hoeven we tijdens de kookles, de laatste verrassing, niet veel meer te doen dan luisteren en kijken naar hoe de vrouw van Rajesh weer een thali in elkaar flanst. Het is was een zeer bijzondere dag en zeker een verjaardag om niet gauw te vergeten...


***












MINDBLOWING DELHI

Ma 12 maart Delhi – India Corporate hotel 980RPS/€14,95

“Bangkok! Last stop!”... ”Bangkok! Last stop!”... klinkt het door de bus. Het is nog donker als we op de hoek van 'Kao San Road' worden afgezet. Blijkbaar heeft de bus aardig doorgereden want we zouden pas om zeven uur aankomen in Bangkok. Een blik op de klok vertelt ons dat het kwart voor 6 in de ochtend is. Slaapdronken gaan we op zoek naar een hotel om onze bagage stallen en hopelijk ergens een douche te pakken. Met het richtingsgevoel van een blinde eekhoorn lopen we toch in een keer goed richting de budgethotelletjes. Eenmaal op Kao San Road staan we voor een onverwachts tafereel. We dachten dat de straten uitgestorven zouden zijn, maar we stappen midden in het nog bruisende nachtleven van Bangkok. Terrasjes zitten nog vol en hier en daar loopt een nietsvermoedende dronken toerist met een Thaise Ladyboy (een vrouw die van onder nog man is). Slaperig staan we met onze te zwaar bepakte rugzakken op te kijken hoe iemand zichzelf onderkotst. We zijn weer in stinky, sticky, busy Bangkok:)


Gelukkig duurt het niet al te lang voordat we een guesthouse vinden waar we onze bagage mogen stallen en voor een euro een douche kunnen nemen. Het New Joe's Guesthouse heeft voor een halve dag precies wat we nodig hebben. Na het ontbijt en een douche slaan we de nodige boodschapjes in zoals reistabletten, deo, shampoo en ORS-zakjes. Helaas slagen we niet voor de Lonely Planet van India, we gokken er maar op dat we die in Delhi kunnen kopen. Met behulp van onze laptop lukt het om een hotelletje te boeken met pick-up van het vliegveld van Delhi. Da's mooi want we komen rond twaalf uur vannacht aan en dat is geen praktische tijdstip om een hotel te zoeken in een onbekende stad. De middag brengen we door kijkend naar een film vanaf de loungebedjes van het hotel waar we de eerste overnachting van deze reis hebben gemaakt. Nu al weer ruim twee maanden terug. Niet normaal hoe snel de tijd gaat... We bestellen nog een keer die lekkere sandwich kaas en sandwich salami, die we hier al eerder geproefd hebben.


Om 16u nemen we voor 150 Thaise Baht een mini-busje naar het vliegveld. De chauffeur voelt zich een ware 'Schumacher' en tikt in de spits met gemak de 130km/uur aan. Zigzaggend door het verkeer verkort hij de rit van 1½ uur tot 45 minuten. We zijn blij dat we kunnen uitstappen en lopen de vertrekhal van het Suvarnabumi Airport in. Op naar India.


Rond middernacht komen we aan op het Indira Gandhi Airport van Delhi.

Tijdens de vlucht werden we vergezeld door een nogal vaag, antroposofisch en homeopathisch typetje uit Engeland. Hij biedt ons bijpollen aan. Wat? Bijpollen! Na wat aarzeling nemen we een klein handje van het korrelachtige spul. Het smaakt op zich niet verkeerd en zou volgens antropootje vol zitten met voedingsstoffen. Ja Ja! De rest van de vlucht worden we getrakteerd op een nogal zweverige kijk op het leven.

We lopen de vertrekhal uit van het Mahatma Ghandi International Airport en zien een lange rij Indiërs met naambordjes in hun handen. Ze staan de passagiers met hotelreserveringen op te wachten. Hoewel wij ook aan het hotel gevraagd hebben om ons op te pikken zien we onze naam er niet tussen staan. Jammer, maar we hadden er ook niet al te veel op gerekend. Dan maar een taxi. In het vliegtuig hebben we van antropootje gehoord dat we erg voorzichtig moeten zijn met de taxi's. De Indische taxichauffeurs blijken nogal bedreven in het belazeren van toeristen. Gebruikelijk is het om te zeggen dat het hotel niet meer bestaat, is verhuist, recent is afgebrand, van naam is veranderd etc. vervolgens proberen ze je naar een te duur hotel te rijden, waarvan zij commissie vangen. Het is ook populair om het hotel voor je op te bellen om de reservering te checken. Vervolgens bellen ze niet naar het hotel, maar naar een vriend die ook in het complot zit. Van hem krijg je te horen dat je reservering helaas niet is aangekomen of dat het hotel overboekt is. We worden ook gewaarschuwd voor de plotselinge wegblokkades of omleiding wegens wegwerkzaamheden. Dit met als doel dat de taxi kilometers omrijdt en jou de hoofdprijs laat betalen voor de veel te lange taxirit.


Daar gaan we weer, denken we. Hebben we Vietnam overleefd, nu dit weer? Nou ja, dit hoort ook bij reizen denken we maar en we stappen op een van de taxi's af. Bij het horen van de naam van het hotel zegt de chauffeur ons voor 200Roepies (€3) te willen brengen. We weten van de internetsite dat het 5 minuten rijden is, dus gaan akkoord. Hij neemt ons mee naar zijn auto die verderop geparkeerd staat. Hmmm... we zien nergens het woord taxi staan, en zien ook geen meter in de auto. Dan kijkt hij nog eens afkeurend naar het briefje waar we de naam van het hotel hebben opgeschreven “oh dat hotel ken ik wel, dat is niet zo'n goeie hoor”. Oke, we weten genoeg en pakken onze tassen. We zoeken wel een ander, want we hebben ons voorgenomen bij twijfel weg te lopen. Anders gezegd, we zijn tot de tanden bewapend om oplichters van ons af te bijten en ons niet in de maling te laten nemen.


Een paar minuten later stappen we in bij een andere taxichauffeur, bordje op de wagen, meter van binnen, maar toch spreken we vooraf een prijs af. 300Roepies! Ze zijn met zijn tweeën en eenmaal op de snelweg draait de bijrijder zich om: “Weet je zeker dat je naar dit hotel wilt? Zal ik ze even voor je bellen om je reservering te checken?” Op besliste toon maken we duidelijk dat we naar dit hotel gaan en geen ander willen zien. Als de bijrijder het toch nog een keer probeert maken we duidelijk dat we ze net gebeld hebben en het hotel ons binnen nu en vijf minuten verwacht. “Oke dan bellen we ze niet, maar sorry er zijn vannacht wegwerkzaamheden we moeten een stukje omrijden” is zijn antwoord. We maken duidelijk dat we er niets van geloven en vragen ons zo snel mogelijk bij het hotel te brengen. Dan krijgen we uitleg dat hij de stad goed kent en echt wel weet waar de werkzaamheden zijn, en dat hij ons echt niet belazert, bla, bla, bla... We willen er geen groot punt van maken voor een paar Roepies en voelen ons aardig afhankelijk van de 'goodwil' van deze heren. Met een kleine omleiding worden we een kwartier later voor het Corporate Hotel afgezet. We geven de heren 300Roepies, maar dan begint het opnieuw: “Nee meneer dat is niet genoeg, je moet ook nog parkeergeld betalen voor de taxistandplaats op het vliegveld en de snelweg waar we opreden dat was een tolweg, er komen 100Roepies bij. We kijken elkaar aan en pakken rustig onze rugzakken uit de taxi, voordat Richard op besliste toon duidelijk maakt dat ze geen cent meer van ons krijgen. Het is inmiddels 1 uur geweest, we stappen het hotel in en beginnen aan onze eerste nacht in Delhi.


Di 13 maart Delhi – India Ringo guesthouse 700RPS/€10,70

Ik zal het maar vast verklappen, maar India laat zich met geen enkel ander land dat wij kennen vergelijken. Het is een aanslag op al je zintuigen, zowel in positieve als in negatieve zin. En het lijkt nu al een groot avontuur te worden.


Enigszins fris en fruitig stappen we het Corperate Hotel uit. We hebben uitgezocht hoe we in het centrum moeten komen en dat lijkt niet al te moeilijk. Al gauw vinden we de splinternieuwe metrolijn tussen vliegveld en stad. Merkwaardige is dat hier het nodige militaire geweld paraat staat en je bagage wordt gescand. Maar goed, eigenlijk ook weer niet merkwaardig, want er zijn nog weleens bebaarde moslims uit Pakistan met een opgeblazen gevoel, zal ik maar zeggen.

Eenmaal in de stad begint onze zoektocht naar een goedkope Lonely Planet. An vindt, na lang zoeken een tweedehands exemplaar. Blij als we zijn gaan we op zoek naar een plek om te overnachten. Hee, Delhi ontbreekt in dit exemplaar. Wij weer terug, redelijk makkelijk ons geld weer in ontvangst kunnen nemen en toen besloten om een nieuw exemplaar te kopen.


Na een bezoek aan de Kentucky Fried Chicken, doen we de verzameling Lonely Planets tot dan toe op de post. Het hele stapeltje wordt in linnen verpakt en dichtgenaaid. Zo dat scheelt weer wat gewicht. Op weg naar ons guesthouse worden we met enige regelmaat aangesproken door, op het eerste gezicht, alleraardigste mensen. Die op het tweede gezicht van alles van je willen. Bijna lomp en grof wimpelen we mensen af, want anders wordt je hier gek.

We lopen het smalle trappetje op van Ringo Guesthouse. Vergezeld door een muisje, die zich uiteindelijk in blinde paniek van de trap afstort.

Wo 14 maart Delhi – India Ringo guesthouse 700RPS/€10,70

Onze hoteleigenaar tovert een sandwich met gebakken ei en een pot thee uit een berghokje dat door moet gaan voor de keuken. Rob Geus zou er niet vrolijk van worden. Wij eigenlijk ook niet, maar ja we zijn in Delhi en proberen ons aan te passen. Tijdens het ontbijt worden we vergezeld door de broer van de hoteleigenaar. Op een zeer aardige en tactische manier neemt hij ons mee in de wereld van Rajasthan. We hadden ons al ingelezen in de Lonely Planet, maar op deze manier wordt onze route steeds concreter. Uiteraard heeft deze beste man maar 1 doel en dat is ons een auto met chauffeur verkopen voor de komende 3 weken. Maar hij is niet opdringerig en laat ons voor de rest (voorlopig) met rust.


Dan is het tijd om Delhi te verkennen. We kopen metrodagkaartje voor 150Roepies. Onze eerste stop is de “Jama Masjid Mosque”. Vanaf het metrostation laten we ons met een Riksja (fietstaxi) voor de moskee afzetten. De moskee is zo groot dat er 25.000 mensen tegelijk met hun kont naar het oosten kunnen zitten. Hoewel ik een lange broek en T-shirt heb aangetrokken moet ik mezelf toch bedekken met een mooi bloemetjesjapon. Richard heeft een korte broek aan dus hij krijgt een tafelkleed aangereikt om zijn lange benen te bedekken. De schoenen nemen we mee in de tas, want veel schoenen van toeristen blijken 'vanzelf' weg te lopen. Op de binnenplaats van de moskee zijn wij opeens de attractie en worden wij gevraagd om op de foto te gaan met Indiërs. Prima!!!


Na de moskee is het wel tijd voor een lunch en via een drukke steeg stappen het Al-Jawahar restaurant in dat 'mughlai' eten serveert. We bestellen een kip tandoori en een kip tika met naanbrood. Eten in Delhi is echt heerlijk!


Met onze buikjes vol gaan we richting het 'Red Fort'. Tijdens het lopen gaat het knagen dat we nog steeds de route nog niet volledig helder hebben. Blijven we nog een dag in Delhi of gaan we morgen verder reizen. En zo ja, hoe dan en waarheen? We besluiten in de grote tuin van het Red Fort een plekje te nemen op het gras en gaan onze route uitstippelen. Een rustig plekje, want in de tuin zijn we ver weg van de overprikkeling die India nu nog voor ons is.


Het heeft ons goed gedaan de tuin van het Red Fort. We checken nog even bij het toeristenbureau hoe het openbaar vervoer in India is geregeld en vervolgen dan onze weg richting het guesthouse. En wie komen we heel toevallig tegen, de broer van de eigenaar. We besluiten z'n aanbod aan te horen en hij gaat financieel tot het gaatje. Op een klein ogenblik na twijfelen we geen moment en geven we aan dat wij India echt willen beleven en dat gaat volgens ons niet met een auto en chauffeur. Hopelijk gaat dit besluit ons niet spijten...


***









Vientiane en Vang Vieng

Do 8 maart Vientiane Sivilay Guesthouse 100.000Kip/€10

Tegen 8 uur in de ochtend komen we aan in Vientiane, de hoofdstad van Laos. De buschauffeur heeft een mooie gemiddelde reistijd gehaald van 16 uur. De snelheid waarmee hij vannacht de bus over een bergketen heeft gestuurd, op een weg die natuurlijk nog niet af was, doet vermoeden dat hij Vietnamees bloed heeft. De bizarre rit in het donker met haarspeldbochten op een eenbaansweg met tegenliggers en diepe afgronden zonder vangrail was er wel weer eentje. Maar wat geeft het, we zijn in Vientiane en kunnen heelhuids uit de bus kruipen. Het busstation ligt, heel praktisch, ver buiten het centrum zodat de tuk-tuk chauffeurs ook hun rijst kunnen verdienen. We laten ons afzetten bij het Sivilay Guesthouse en nemen de laatste kamer die ze hebben. De kamer blijkt niet voor niets nog vrij te zijn... het is er eentje die aardig smerig is, klein en bloedheet. Een badkamer hebben we niet, we moeten de gemeenschappelijke badkamer op de gang gebruiken. En die is ook al niet al te fris.


Kortom de kamer en het warme weer (40graden!) doet ons geen goed en we zijn toch wel aardig versleten van de busreis. Er zijn veel tempels in Vientiane die we kunnen bezoeken, maar eerlijk gezegd hebben we er even geen zin in vandaag. Tja en wat doe je dan???


Precies! Je trekt je zwemkleding aan, je gaat naar het dichtstbijzijnde 5 sterrenhotel, loop snel langs de lobby en ploft neer in het zwembad. Tssssss..... heerlijk!


Vr 9 maart Vang Vieng Ponsevan Guesthouse 80.000kip/€8

Ook vandaag hebben we eigenlijk geen zin in een drukke warme stad en besluiten Vientiane te verlaten. We kiezen er voor om een stukje naar het Noorden te reizen, naar Vang Vieng. Een toeristische plaats, maar wel een met in de omgeving een heel mooi natuurgebied met kalksteenformaties en grotten. In 4 uur brengt de mini-bus ons in Vang Vieng en nemen we een schone kamer in een mooi guesthouse dat wordt gerund door een erg vriendelijke familie.

He-he, zo dat is ff beter.


Als de avond valt gaan we het centrum in en blijkt Vang Vieng echt heel toeristisch te zijn. De straat is een aaneenschakeling van restaurants en barretjes. De meeste terrasjes hebben loungekussens die zijn gericht naar de flatscreens die aan de muur hangen, een de linkerkant zien we alle afleveringen van Friends voorbij komen, en aan de rechterkant het sportkanaal. De meeste stelletjes hoeven niet lang na te denken, wie aan welke kant gaat zitten.


Vang Vieng is blijkbaar voor iedereen 'even bijkomen'. We hebben er geen moeite mee: we bestellen een pizza en een beer Lao, nestelen ons in de loungekussens en volgen de avonturen van Joey, Chandler en de rest.


Vang Vieng is een stadje dat naast een mooie omgeving, ook bekend staat om het “tuben”. Vele bezoekers van Vang Vieng laten zich in een grote rubbere band de rivier af drijven en de bedoeling is dan dat je bij ieder barretje een vloeibare versnapering neemt. Kortom iedereen drijft strontlazerus de rivier af en haalt al slingerend aan touwen boven de rivier de nodige stunts uit.


Afgelopen jaar: 27 doden!!! Kortom, wij slaan even over.


Na nog een aflevering van Friends kunnen we het toch niet laten om even het nachtleven te verkennen. Het doet allemaal nogal surrealistisch aan, zo'n stadje in Laos. Op een eilandje in de rivier zijn een aantal openlucht discotheken. Alvorens je de brug overgaat wordt hartelijk welkom geheten door de nodige proppers en propsters. Bij de ingang van de eerste discotheek worden we opgevangen door een grietje van rond de 20 uit Canada. Ze kijkt met haar linkeroog in d'r rechter broekzak en zwalkt van links naar rechts voor ons. We hoeven geen entree te betalen, maar komen er niet in als we niet een van de klotsende shotjes drank in haar handen achterover slaan. Na enige weigering slaan we de shotjes toch maar achterover, in de hoop dat er echt alleen alcohol in zit, en gaan naar binnen. Om nog geen 60 seconden later weer richting ons guesthouse te lopen. Niks voor ons....


Za 10 maart Vang Vieng Ponsevan Guesthouse 80.000kip/€8

Vandaag hebben we wel zin om de omgeving van Vang Vieng eens beter te bekijken. We huren een fiets, laten onze lunch inpakken en gaan op pad. De omgeving wordt gekenmerkt door hoge kalksteenformaties en vele grotten die op eigen houtje te verkennen zijn. De fietstocht is niet gemakkelijk over de Laotiaanse 'niet-asfaltweg' vol met kiezels en zand. Ik denk ook niet dat onze organen nog zitten waar ze zouden moeten zitten na vandaag. Halverwege de tocht komen we bij een hoge rotsformatie, die bovenop een uitkijkpunt heeft. We hebben wel wat oefening nodig voor Nepal dus besluiten we de klim aan te gaan. Dat blijkt een pittige. Maar bovenop worden we beloond met een mooi uitzicht.... en een heerlijk plekje om van de lunch te genieten. De rest van de middag fietsen we wat rond en maken hier en daar een stopje.


De avond brengen we door in een van de barretjes die Vang Vieng rijk is en kijken we schaamteloos met 20 anderen naar nog een paar afleveringen van Friends:)


Zo 11 maart Vientiane → Bangkok Nachtbus 130.000kip/€13

Vandaag gaan we onze reis naar het Zuiden inzetten. Morgen moeten we namelijk op tijd in Bangkok zijn, want van daar vertrekt onze vlucht naar Delhi (India). Dat betekent de komende uren nog even doorreizen...


De reis beginnen we met een mini-bus van 4 uur terug naar Vientiane. In Vientiane kiezen we een Frans koffiehuisje met heerlijke brownies en aircon om de middag door te brengen. Tegen de avond, rond een uur of vijf, worden we opgehaald door een songthaew die ons met een uurtje naar de Laotiaanse grens brengt. Na de bekende grensformaliteiten stappen we in de nachtbus en rijden we via de friendshipbridge de donkere nacht in op weg naar Bangkok.


!) Helaas hebben we geen eigen foto's van het hier beschreven verhaal. Met dank aan de zakkenroller in de metro van Delhi. De foto's die in het album staan zijn van internet geplukt:)


***


OLIFANTASTISCH...!

Ma 5 maart Sayanabouri Elephant Conservation Centre 2.160.000Kip/€216

Vandaag gaan we op weg naar het 'Elephant Conservation Centre' in Sayanabouri. Twee dagen terug lazen we hier toevallig een foldertje over. Het centrum is opgericht om zwangere olifanten een veilige kraamtijd te geven, zieke olifanten te behandelen en oude olifanten een rustplek te bieden. Ook geven ze Mahouts (olifantenrijders) de kans om het vak van de Mahout op een goede manier te leren. Olifanten nemen een belangrijke plaats in in de cultuur van Laos, maar door de ontwikkeling van het land worden de dieren steeds vaker vervangen door machines of worden gehouden voor een rondrit met toeristen. Het centrum probeert de cultuur te behouden en goed voor de olifanten te zorgen. Het is vorig jaar opgericht en heeft pas in november 2011 zijn deuren geopend voor ecotoeristen en vrijwilligers. Het lijkt ons geweldig om erheen te gaan, maar het centrum is zo nieuw dat het nog niet eens in de reisgidsen vermeld staat. Gelukkig hebben ze wel een internetsite en mailadres, dus hebben we gisteren een mailtje gestuurd om een slaapplekje te reserveren. We hebben helaas nog geen antwoord, maar we vinden het de gok waard en stappen toch maar in de bus richting Sayanabouri. We zien wel of het goed komt?


De busrit is even doorbijten want we kunnen ons opmaken voor 7 uur stofhappen. We rijden namelijk op een weg die in aanleg is. De Laotiaanse bouwvakkers zijn er al 2 jaar mee bezig en het resultaat is een uitgehakte weg met een paar m³ platgewalst zand. Doordat het al 3 maanden droog is in Laos is de weg nu één groot stuifzandfestijn. Het is de bedoeling dat er op de zandlaag geasfalteerd gaat worden. Vorig jaar waren de bouwvakkers niet op tijd klaar en heeft het regenseizoen de zandweg weggespoeld. Genoodzaakt zijn ze dit jaar weer opnieuw begonnen met het plaatsen van zand. De planning is dat eind 2013 de weg af is. We zien echter nog geen tekenen van asfalt en over anderhalve maand breekt het regenseizoen aan. We vrezen dat het Laotiaanse tempo van de bouwvakkers het ook dit jaar niet zal redden. Ook de brug die over de rivier geplaatst moet worden zien we met zijn beginselen in de steigers staan. Vandaag steken wij de rivier over met het oude veerpontje dat hier al jaren vaart en verwachten dat het pontje hier de komende jaren ook nog wel zijn dienst zal moeten doen.

Tegen drie uur in de middag komen we aan bij het busstation van Sayanabouri. Het busstation is redelijk 'in the middle of nowhere' en we hebben geen idee waar het Elephant Centre ligt. Als het stof is neergedaald zien we opeens nog een toerist staan, maar even vragen wat zijn reisplan is. Het kan geen toeval zijn hij is op weg naar het Elephant Centre en gaat daar een week als vrijwilliger werken. Er komt een tuk-tuk de hoek omzetten om hem op te halen. Als wij onze plannen uitleggen en de chauffeur een telefoontje pleegt met het Elephant Centre is het geregeld en kunnen we mee. Onze nieuwe reisgenoot, Leonard uit Oostenrijk, heeft ook geen idee wat hem te wachten staat en vol verwachting kijken we met zijn drieën naar wat komen gaat. Na een half uurtje hobbelen achterin de tuk-tuk stoppen we bij een groot meer. Even wachten zegt de chauffeur en wij gehoorzamen braaf. Wat moeten we anders? Vanaf het meer zien we een groot vlot aan komen varen met wat vuilniszakken erop. “This is your pick up, get on board please”. Met een groot vraagteken op ons voorhoofd doen we wat ons aangeboden wordt en stappen met onze bepakking op de vlonder.

Geen idee van wat ons te wachten staat laten we ons over het meer voeren. Na een kwartiertje zien we op de oever het Elephant Centre voor ons opdoemen.

We worden alleraardigst ontvangen en naar onze ecobungalow begeleid. Eco omdat alles in het park draait om behoud van de natuur. En toch zijn we van alle basisbehoeften voorzien en hebben zelfs een warme douche en elektriciteit met dank aan de zonnepanelen. En dan nog onze veranda die uitkijkt over het meer...dit zijn van die slaapplekken die je nooit meer vergeet.

We hebben onze tassen nog niet neergezet of we worden al uitgenodigd om samen met de Mahouts naar 'the nursery' te gaan. Er zijn op dit moment drie jonge baby-olifantjes in het centrum en met een half uurtje lopen door de jungle kunnen we ze gaan zien. Of we zin hebben om mee te gaan? We doen de hut op slot en staan al klaar. We worden naar een kraamplek aan het meer gebracht en voor onze veiligheid moeten we op een vlot in het meer gaan zitten. Al snel horen we getetter uit de bosjes komen en daar komt ze hoor, mama olifant met haar 1 maand oude jong, die schuchter maar erg nieuwsgierig tussen haar benen te voorschijn komt.

Moeder en jong gaan zich opfrissen in het meer. En vooral voor de kleine betekent dat heel veel spetteren en verstoppertje spelen onder de waterplanten.

Als moeder en jong weer weggebracht worden door de Mahout komt moeder 2 met haar 4 maanden oude jong, gevolgd door de derde moeder met haar jong van 6 maanden. We zitten er met onze neus bovenop, geweldig, wat maken we nou toch weer mee. We zijn er ontdaan van en nemen de tijd om deze mooie dieren en hun interactie met elkaar en de Mahout goed te bekijken. Ondertussen laten we het fototoestel onophoudelijk meeklikken. 7 uur stofhappen in de bus is niet voor niets geweest.

Na het bezoek aan 'the nursery' heeft deze dag nog een verrassing in petto. We gaan weer terug naar het centrum en worden voorgesteld aan de andere olifanten van het park. Begeleid door hun Mahout krijgen ze hun dagelijkse bad. We kijken weer ademloos toe vanaf een vlonder in het meer.


Di 6 maart Sayanabouri Elephant Conservation Centre

Versleten van alle indrukken hebben we als een blok geslapen vannacht. Toch zitten we alweer vroeg aan het ontbijt en vragen we ons af wat deze dag ons zal brengen? Als we het ontbijt op hebben worden we uitgenodigd om samen met de Mahouts de olifanten op te halen uit de jungle. De olifanten worden voor zonsondergang naar een deel van het National Park gebracht zodat ze daar de nacht kunnen doorbrengen. Ze worden vastgemaakt aan een ketting van 20 meter zodat ze voldoende bewegingsvrijheid hebben, maar toch niet weg kunnen lopen. In de ochtend worden ze opgehaald en verzorgd, zoals nu dus. Het duurt even voordat we alle 4 de olifanten gevonden hebben, maar als we compleet zijn lopen we terug naar het centrum.

Halverwege de tocht stoppen de Mahouts. Het is onze beurt zeggen ze en ze stappen van de olifanten af. Ze laten de olifanten netjes knielen zodat we op hun nek kunnen klimmen (wat helemaal nog niet zo makkelijk is). De olifant loopt met gemak over de kronkelende en soms steile paadjes door de jungle. Lang niet zo gemakkelijk als de olifant proberen wij ons evenwicht te houden en niet van zijn hobbelende nek naar beneden te glijden.

Na een half uurtje hobbelen op de olifant komen we aan bij het Conservation Centre. We krijgen uitleg over de termen die de Mahouts gebruiken om met de olifanten te communiceren. We leren de commando's Pai, Toy, Sai, Kwa en Hau. Oftewel vooruit, achteruit, links, rechts en stop. Eerst doen de Mahouds het voor en dan zijn wij weer aan de beurt om op de olifant te klimmen.

Richard heeft de termen al aardig onder de knie, al lijkt de olifant meer op de stem van de Mahoud te reageren. Als ik mijn olifant naar rechts probeer te sturen, wordt ik compleet genegeerd en ligt zijn Mahoud helemaal in een deuk. De Mahoud legt met uit dat ik 'Kwa' verkeerd uitspreek en nu de olifant voor 'waterbuffel' zit uit te schelden. Nah, daar zou ik ook niet op reageren als ik een olifant was.

Na onze Mahoutles gaan de olifanten met de échte Mahout naar de dierenarts. Het dagelijkse bezoek aan de dierenarts heeft niet alleen de functie om de gezondheid in de gaten te houden, maar ook om de olifant te laten wennen aan de dierenarts. De huid van olifanten is erg gevoelig en ze vinden het duidelijk nog niet prettig om overal aangeraakt te worden door de dierenarts. Met een emmer bananen weet de dierenarts toch dichterbij te komen en leert de olifant de dierenarts enigszins te vertrouwen.

De rest van de middag luieren we wat op de patio aan het meer en genieten we van het uitzicht. Totdat het tegen het einde van de middag weer tijd is voor het dagelijkse badderuurtje. De olifanten hebben er wel zin in en onder luid getoeter komen ze met de Mahouts op hun nek aangelopen. Wij nemen weer plaats op een vlonder terwijl de olifanten zichzelf (en de Mahouts die op hun nek blijven) onderdompelen.

Als de avond valt brengen we de olifanten weer terug naar de jungle zodat ook zij kunnen bijkomen van hun avonturen. Wij nemen weer plaats in het restaurant en kletsen wat na met Leonard uit Oostenrijk en Jamy uit Engeland.


Wo 7 maart Nachtbus Sayabouli - Vientiane 130.000kip/€13 p.p.

Er zijn niet veel comfortabele reismogelijkheden om in Vientiane te komen, onze volgende bestemming. Al gaat er wel een vliegtuig vanuit Sayanaboury, maar ja dat past niet in ons budget. Volgens de manager van het Elephant Centre vertrekt er om 16.00u een nachtbus naar Vientiane. Het is geen bus met slaapplaatsen, maar de stoelleuning zou wel wat achterover moeten kunnen. De rit over een slechte weg doet er 12 tot 17uur over. 12 uur als de weg is bijgewerkt door de bouwvakkers (?) en 17 als de weg nog niet af is of als de bus het begeeft (iets wat ook nogal vaak voorkomt aangezien de laatste APK dateert van voor de oorlog). We gaan voor het 'gemak' maar uit van 17 uur. Voordeel is wel dat het 's nachts niet zo warm is om te reizen en het geeft ons een halve dag extra in het Elephant Centre. En dat laatste is bepaald geen straf.

We besteden de tijd die we nog hebben samen met de olifanten. Na het ontbijt halen we ze weer op uit de jungle, brengen ze naar de dierenarts en nemen na een goede lunch afscheid van deze bijzondere trouwe viervoeters. We wensen het Elephant Centre het allerbeste en hopen hier ooit nog eens terug te komen.

Nog niet genoeg olifantjes gezien? Klik op de link voor meer:

http://www.youtube.com/watch?v=G3Wg5v1qlAA


* * *